Door Porsche vorige week op de beurs te gooien, hoopte moederbedrijf Volkswagen voldoende geld op te halen om de energietransitie van de fabrikant uit Stuttgart te verzekeren. Dat dit een succesvolle zet was, is nu al duidelijk. De waardering van het Porsche-aandeel ligt immers al hoger dan dat van Volkswagen.
Analisten hadden deze situatie niet echt voorzien: het aandeel kwam op de beurs met een waarde van 76,50 tot 82,50 euro en steeg op een week tijd naar 90,92 euro. Het gevolg: Porsche zou nu 82 miljard euro waard zijn, een pak meer dan de door specialisten geschatte – en al zeer uitstekende – 75 miljard. Ter vergelijking: Volkswagen wordt gewaardeerd op 78,7 miljard euro, Mercedes op 57,2 miljard euro, BMW op 47,5 miljard en Stellantis op 39,7 miljard.
Grote kopers aan boord
Deze uitzonderlijke waardering – nogmaals: de hoogste voor een Europese fabrikant – kan worden verklaard. Volgens het financiële agentschap Reuters hebben banken voor 312,8 miljoen euro ingetekend, wat andere grote spelers aantrekt. Bovendien zou het emotionele aspect meespelen: kopers willen gewoonweg ‘deel uitmaken’ van Porsche. Komt daarbij dat het Duitse merk erom bekendstaat zeer winstgevend te zijn.
Hoge autoprijzen vormen blijkbaar geen obstakel, want de dure modellen verkopen als zoete broodjes. Dat geldt ook – en vooral zelfs – voor elektrische Porsches, die meestal voor meer dan 100.000 euro verhandeld worden. Dit mag gerust een zeldzaamheid in de sector worden genoemd, althans voor een luxefabrikant die meer dan 280.000 auto’s per jaar produceert (2019).
Advertentie – lees hieronder verder
Kortom, de zet om Porsche op de beurs te brengen, was een briljante. Investeerders zijn er bij de vleet, terwijl het risico waarschijnlijk vrij beperkt zal blijven. Ter herinnering: Ferrari heeft wat dat betreft de weg geëffend in 2015. De koers van die autobouwer bedroeg aanvankelijk 52 dollar en tegenwoordig maar liefst 190 dollar.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be