Auto Union, in 1932 ontstaan uit de fusie van Audi, DKW, Horch en Wanderer, was ooit een grote naam in de autosportwereld. De Duitse autobouwer wilde deelnemen aan de nieuwe 750 kg-formule van de Grote Prijzen van 1934 tot 1936. In 1933 gaf Auto Union AG het ontwerpbureau van Ferdinand Porsche in Stuttgart de opdracht om hiervoor een racewagen te ontwikkelen. Amper een jaar later vestigde Hans Stuck met de Auto Union Type A een wereldrecord op het Avus-circuit in Berlijn.
Schnellsportwagen
Weinig mensen weten dat Auto Union en het ontwerpbureau van Ferdinand Porsche ook concrete plannen hadden voor een sportwagen voor de openbare weg. In de ontwerpdocumenten kreeg dit project de codenaam ‘Schnellsportwagen’. De Auto Union Type 52, zoals de auto uiteindelijk genoemd werd, was bedoeld om te verkopen aan klanten voor deelname aan langeafstandsraces zoals de Mille Miglia of aan enduranceraces op Spa-Francorchamps of Le Mans.
In 1934 maakte Porsche de ontwerpen voor een prototype, maar dat is er nooit gekomen. Het project werd in 1935 opgegeven en verdween in de archieven van Audi en Porsche. Maar de ontwikkelaars lieten veel baanbrekend werk achter op papier. De Auto Union Type 52 was ontworpen met een ladderchassis en een centraal geplaatste motor. De zestiencilinder uit de Grand Prix-racewagen moest hier ongeveer 200 pk halen uit 4,4 liter cilinderinhoud. De ingenieurs berekenden dat hij 200 km/u snel zou zijn, een van de snelste straat- en sportwagens in die tijd.
Advertentie – lees hieronder verder
Met de hand gebouwd
Nu brengt Audi deze bijzondere auto alsnog tot leven. Audi gaf de Britse restauratie-experts van Crosthwaite & Gardner de opdracht om de Auto Union Type 52 te bouwen aan de hand van archiefdocumenten. Alle onderdelen werden met de hand en op maat gemaakt. In tegenstelling tot zijn racebroers is deze vijf meter lange auto geschikt voor dagelijks gebruik, met een dak, koplampen en een bagageruimte. Maar veel meer comfort heeft deze driepersoonsauto niet te bieden. Zoals in de racewagen zit de bestuurder in het midden.
Terwijl de motor, transmissie en vijfversnellingsbak werden overgenomen van de Grand Prix-racewagen, kozen de ingenieurs voor andere technische oplossingen voor de ophanging en demping. Sowieso moesten de ontwikkelaars af en toe improviseren want veel historische racewagens gingen na de Tweede Wereldoorlog verloren in de Russische bezettingszone, net als fotomateriaal.
Timo Witt, hoofd van Audi’s historische autocollectie: “Wellicht hadden de ontwikkelaars in de jaren dertig ook enkele technische details moeten aanpassen tijdens het testen. Zo hebben we de wielbasis van de Auto Union Type 52 moeten verlengen tegenover de oorspronkelijke ontwerpen, omdat dit technisch onvermijdelijk was in combinatie met andere onderdelen zoals de voorwielophanging, motor, stuurinrichting en transmissie. Het interieur is geïnspireerd op de Auto Union Grand Prix-racewagens, met een moderne interpretatie van kleuren en stoffen.”
Cellulose Silver
In de oude documenten stond nergens welke kleur de auto zou krijgen. Audi nam dan maar de racewagen als basis en koos voor een koetswerk in Cellulose Silver. De motor werd uiteindelijk een zestiencilinder uit de Auto Union Type C. Negentig jaar na de eerste plannen is de Auto Union Type 52 dan toch realiteit geworden, of toch grotendeels volgens de originele plannen. Het resultaat, dat voor het eerst te zien was tijdens het Goodwood Festival of Speed, is een unieke auto die nog het meest lijkt op een klassieke GT.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be