Om de uitrol van het publieke laadnetwerk in ons land een duwtje in de rug te geven, heeft de federale regering een nieuw systeem van e-credits uitgewerkt. Het gaat om de omzetting van de Europese Renewable Energy Directive (RED II), die lidstaten verplicht om hun brandstoffen groener te maken. Jaar na jaar worden de verplichtingen strenger. Concreet: België moet 14 procent hernieuwbare brandstoffen realiseren tegen 2030 (momenteel is dat 10 procent).
Tot nu toe gebeurde dat met biobrandstoffen, maar ideaal is deze methode van bijgemengde brandstoffen niet. “Er was een groot probleem met deze biobrandstoffen van de eerste generatie, die rechtstreeks in concurrentie staan met voedsel. Voedsel hoort niet thuis in de brandstoftank maar wel op het bord. Samen met minister van Mobiliteit Gilkinet heb ik daarom een systeem uitgewerkt om biobrandstoffen van de eerste generatie af te bouwen tot 2,5 procent tegen 2030. Palm- en sojaoliën zijn verbannen uit biobrandstoffen sinds 2023”, vertelt minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen). Biobrandstoffen van de tweede generatie (bijvoorbeeld op basis van vezels of gebruikt frietvet) mogen wel nog.
“Onderschat niet dat de concurrentie voor grondstoffen toeneemt. In België hebben we het voortouw genomen om de dierlijke vetten van categorie 3 (producten van dierlijke oorsprong die niet langer geschikt zijn voor consumptie, n.v.d.r.) te beperken. Dat zijn namelijk ook grondstoffen voor cosmetica en zeep, sectoren die ons vertelden dat ze geen grondstoffen meer zouden hebben als alles naar biobrandstoffen mocht gaan”, aldus Tinne Van der Straeten.
“We hebben de definitie van wat duurzame brandstoffen zijn aangepast. Onze landbouw moet dienen om onze burgers te voeden. We hebben deze wettekst gebruikt voor duurzame ontwikkeling en bescherming van de biodiversiteit”, bevestigt Georges Gilkinet (Ecolo).
Advertentie – lees hieronder verder
Register
Minder biobrandstoffen dus, maar hoe kan België zijn doelstellingen in hernieuwbare brandstoffen dan wel halen? Daarvoor rekenen de ministers op groene waterstof en vooral elektriciteit. Leveranciers van brandstoffen houden in een elektronisch register van de FOD Economie bij welke volumes hernieuwbare brandstoffen ze op de markt brengen. En onder dat systeem vallen ook elektrische laadbeurten. De geregistreerde hoeveelheden hernieuwbare brandstoffen of elektriciteit worden omgezet in energie-eenheden (of e-credits) die verhandeld kunnen worden. Dit creëert een nieuwe markt en betekent een nieuwe inkomstenbron voor laadinfrastructuur in ons land.
“We hebben een nieuwe manier gevonden om de elektrificatie te financieren. De brandstofleveranciers die fossiele producten verkopen (gas, diesel of benzine) zullen dankzij het register bijdragen aan de financiering van duurzame verplaatsingsmodi. Dat is nodig in België, we moeten ons laadnetwerk versterken. Vaak lijkt het alsof de EU ver van de burger staat, maar met deze omzetting tonen we dat Europa nuttig kan zijn. Hier zetten we volgens mij een grote stap voorwaarts, zowel op het vlak van energie als mobiliteit”, vindt minister Gilkinet.
Hoeveel brengt het op?
EV Belgium, de federatie van bedrijven die e-mobility stimuleren, is uiteraard tevreden met de komst van het register. “De vergroening van het Belgische wagenpark gaat erg snel door de bedrijfswagens. We evolueren van een kleine 200.000 elektrische wagens op 1 januari dit jaar naar bijna 400.000 tegen het einde van dit jaar”, zegt Jochen De Smet, voorzitter van EV Belgium. “De 150 leden van EV Belgium investeren enorm in de transitie, wat hele grote budgetten vereist. Deze wetgeving komt op het juiste moment om de transitie mogelijk te maken. De verkoop van e-credits zal een duidelijke incentive geven in het businessmodel van de uitbaters van laadpalen.”
Het zijn dus de eigenaars van (semi-)publieke laadstations die met de laadbeurten e-credits verzamelen, die ze daarna kunnen doorverkopen aan brandstofleveranciers. Maar hoeveel zal dit opbrengen? “In België weten we het nog niet omdat de marktwerking nog moet ontstaan. Maar de richtlijn wordt al toegepast in Nederland, Frankrijk en Duitsland. Daar zien we incentives tussen 2 en 8 eurocent per kWh in het voordeel van de laadpaaluitbater. In België zijn er nu ongeveer 50.000 (semi-)publieke laadpunten, grosso modo een verdubbeling op een jaar tijd. Momenteel gaan we uit van een opbrengst van 6 à 6,5 eurocent per kWh.”
Huzarenstukje
“Het was een huzarenstukje van de administratie om het systeem op 1 januari 2024 klaar te krijgen. Het register is een push voor de verdere uitbouw van de publieke laadinfrastructuur. Laadinfrastructuur – en tot u spreekt een elektrisch rijder die niet thuis kan laden – is vandaag nog een issue. Daarom proberen we om die verschillende uitdagingen met elkaar te combineren”, zegt Tinne Van der Straeten. “Ook de elektriciteit van de treinen valt er volledig onder. Dat wil dus zeggen dat er ook budgetten kunnen ontstaan richting NMBS en Infrabel, die zij dan opnieuw inzetten voor energie-investeringen. Via transport zetten we een boost op energie en via energie geven we mobiliteit een boost.”
Blijven verbeteren
Volgens EV Belgium is er nog heel wat ruimte voor verbetering om de transitie te realiseren. “We moeten blijven investeren in publieke laadinfrastructuur, in alle gewesten. Vlaanderen, Brussel en Wallonië evolueren niet even snel. Ook moet de overheid de elektriciteitsfactuur ontzien en meer kijken naar fossiele brandstoffen. Delen van de elektriciteitsfactuur worden beter doorgeschoven naar de algemene begroting of facturen van fossiele brandstoffen. De elektriciteitsfactuur is vandaag de meest groene”, vindt Jochen De Smet.
De registratie van e-credits is vandaag alleen mogelijk bij (semi-)publiek laden en laden op het werk. Het systeem is dus nog niet opengesteld voor thuisladen. “Aangezien het overgrote deel van de laadbeurten thuis of op het werk verloopt, is EV Belgium vragende partij om ook de thuislaadsessies in het e-credits-systeem te integreren”, zegt Jochen De Smet.
Minister Van der Straeten laat de deur op een kier om het register, dat officieel gelanceerd werd bij een DATS 24-laadpaal op de Colruyt-parking in Overijse, in de toekomst uit te breiden: “We laten het register nu starten. Uiteraard wordt het grondig gemonitord en bijgestuurd indien nodig.” Misschien iets voor het volgende regeerakkoord?
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be