De Momo Mirage kwam er dankzij de rijke liefhebber Peter Kalikow en de New Yorkse Jaguar-distributeur Alfredo Momo. Hun doel: een auto bouwen die de Aston Martin DBS moest overtreffen. Om dat te bereiken, liet het duo zich omringen met specialisten terzake zoals Frua voor de carrosserie en Stanguellini voor het chassis, Koni voor de schokken, Girling voor de remmen en GM voor de motor: een 5,7-liter V8 met 330 pk in de aanslag.
De droom werd een nachtmerrie
De Momo Mirage haalde snel de cover van het referentiemagazine Road & Track, al draaide het project snel uit op een regelrechte nachtmerrie. Eerst vanwege de productiekosten: Stanguelli factureerde 8.000 dollar voor het onderstel en Frua 7.000 dollar voor het koetswerk, terwijl het net de bedoeling was om een prijskaartje van 12.000 dollar op de Mirage te kleven. En alsof dat nog niet genoeg was, werd in Italië de productie verstoord en gooide Kalikow de handdoek in de ring gegooid omdat hij niet nog meer geld wilde verliezen.
In 1972 werden slechts vijf Momo Mirages gebouwd. De Kalikow-familie bezat er daar drie van, GM de vierde en de vijfde bleef in Italië. Een van de zeldzaamste auto’s ooit geproduceerd, met andere woorden…
Advertentie – lees hieronder verder
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be