In de afgelopen maanden is het tempo van de transitie naar elektrische auto’s aanzienlijk vertraagd. De belangrijkste reden? Auto’s op batterijen zijn te duur en het publiek koopt ze niet (meer). De komst van goedkope elektrische auto’s is een mooie kans om de transitie te versnellen. Heel wat constructeurs werken aan goedkopere modellen. Stellantis heeft de Citroën ë-C3 en de Fiat Grande Panda (een kloon van de Citroën), Renault de R5 en later de Twingo, om maar enkele voorbeelden te geven.
Onlangs zette Stellantis-baas Carlos Taraves zijn ingenieurs onder druk om zo snel mogelijk de Citroën ë-C3 uit te brengen, met een prijskaartje van 23.300 euro. Dit is nog geen goedkope elektrische auto van 15.000 euro, maar de prijs is al toegankelijker, zonder al te veel afbreuk te doen aan de veelzijdigheid van het model (320 km WLTP-rijbereik). Bovendien heeft Citroën al aangekondigd dat er een nog goedkopere versie komt voor 19.900 euro, weliswaar met een beperkt rijbereik van 200 km.
Vertraging
De ë-C3 had er nu al moeten zijn, maar de leveringen laten op zich wachten. Wat houdt Citroën tegen? Bugs in de software van de auto vertragen de leveringen met enkele maanden. Voor Stellantis is dit de zoveelste tegenslag, want de groep zag zijn winst en verkoop in de eerste helft van 2024 kelderen. Tavares had gehoopt het verloren terrein in de tweede helft van het jaar goed te maken, maar dit lijkt nu een illusie.
Advertentie – lees hieronder verder
Dit is niet de eerste keer dat Stellantis softwareproblemen ondervindt. Ook de nieuwe Peugeot e-3008 had productieproblemen door moeilijkheden met onderdelen van de aandrijflijn, zo vertelden anonieme bronnen bij het merk aan Automotive News Europe.
Noodgeval
Voor Stellantis is de situatie dringend. De teams moeten onder enorme druk staan. Tavares heeft altijd beloofd dat de ë-C3 eerder beschikbaar zou zijn dan zijn grote rivaal, de R5 E-Tech van Renault. In eerste instantie is de R5 iets duurder (32.900 euro), maar in 2025 komt een meer betaalbare versie van naar schatting 25.000 euro.
Constructeurs lijken te onderschatten hoe moeilijk het is om software voor elektrische auto’s te ontwikkelen. Stellantis is verre van de enige in dit opzicht. De Volkswagen-groep is niet in staat om goede software te ontwikkelen via zijn dochteronderneming Cariad. Porsche moest zijn elektrische Macan met twee jaar uitstellen. Volvo heeft momenteel grote problemen met de nieuwe EX30 en heeft ook besloten om enkele essentiële functies van de nieuwe EX90 te blokkeren tot de bugs verholpen zijn. En bij General Motors is de elektrische Chevrolet Blazer gestopt nadat de infotainmentschermen volledig uitvielen…
Het probleem gaat veel dieper dan dat. Constructeurs proberen overal kosten te besparen om het hoofd te kunnen bieden aan de bijzonder agressieve Chinese markt. Dit betekent ook dat het aantal ingenieurs in ontwikkelingscentra vermindert. Stellantis is van plan om 1.200 dergelijke posten te schrappen in de Verenigde Staten, Europa en China. Dit werkt duidelijk contraproductief.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be