Het concept van de bedrijfswagen staat voortdurend centraal in de debatten in België. En dit is normaal, omdat dit systeem, dat aanvankelijk was opgezet om de auto-industrie in België te ondersteunen (met verschillende assemblagefabrieken zoals Renault, Volvo, Ford, Opel, enz.), nu een deel uitmaakt van het salaris van 25% van de werknemers. Het mobiliteitsbeleid binnen bedrijven verandert echter met de invoering van het mobiliteitsbudget, maar ook met de elektrificatie van de vloten, wat allesbehalve een sinecure is.
En het belangrijkste element is natuurlijk de elektrificatie, want vanaf 1 juli 2023 zullen auto’s die niet 100% elektrisch zijn hun aftrekbaarheid zien afnemen. Zo zullen de brandstofkosten van plug-in hybrides nog maar voor 50% aftrekbaar zijn in plaats van 100% vandaag. De krant L’Écho ging op bezoek bij deze wagenparkbeheerders en merkte dat er grote verschillen bestaan. Sommige fleetmanagers hebben op de toekomst geanticipeerd (en ook de middelen hebben voorzien) en bestellen nog alleen elektrisch, terwijl anderen nog steeds snel een plug-in hybride bestellen.
Veranderd beroep
De functie van wagenparkbeheerder is de afgelopen 5 jaar sterk veranderd, want vandaag moeten zij zich ook bezighouden met de installatie van laadpalen, evenals het onderhandelen van elektriciteitscontracten. Een echte puzzel, want de levertijd van voertuigen is nog erg lang en tijdens deze periode kunnen veel parameters veranderen. Je hoeft alleen maar naar de evolutie van de elektriciteitsprijzen te zien om dit te beseffen.
Daarnaast vormen mobiliteitsplannen die voorzien in de multimodaliteit een andere uitdaging voor de wagenparkbeheerder, net als voor de andere dienstverleners, maar ook voor de sociale secretariaten die de volledige vergoedingen van de gebruikers moeten berekenen. En dit verklaart waarom wagenparkbeheerders steeds vaker externe consultants inschakelen om hen door deze nieuwe jungle te loodsen, wat uiteraard ook extra kosten met zich meebrengt voor het bedrijf.
Advertentie – lees hieronder verder
Volledige TCO
In een interview met L’Écho legt de baas van Arval Consulting uit dat waarschijnlijk geen enkel bedrijf nog in staat is om alles alleen te managen als het geen MAAS applicatie (mobility as service) gebruikt. Voor elektrische auto’s moet men vooral denken in termen van TCO (total cost of ownership), d.w.z. het in rekening brengen van de totale kosten van de aankoop en het gebruik van het voertuig. En nogmaals, het is noodzakelijk om hierbij de volledige TCO te gebruiken in plaats van de commerciële TCO om beoordelingsfouten en onaangename verrassingen bij de belastingheffingen te voorkomen.
De commerciële TCO onderschat namelijk vaak de werkelijke kosten van het voertuig en leidt soms tot kosten die niet kunnen worden afgetrokken. Als gevolg hiervan hebben ze een directe invloed op de winst van het bedrijf. Zoals vaak is het aangewezen om op dit vlak vorming te krijgen of begeleid te worden, terwijl het aan de kant van de gebruiker ook noodzakelijk is om goed geïnformeerd te zijn om geen onaangename verrassingen te hebben met betrekking tot de VAA die verschuldigd zal zijn.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be